Stuitligging
De meeste kinderen liggen aan het einde van de zwangerschap met het hoofd naar beneden. Bij ongeveer 3 procent van de vrouwen ligt het kind nog in stuitligging. Er zijn verschillende vormen van stuitligging namelijk: Volkomen stuitligging: de bovenbenen zijn langs het lichaam gestrekt, maar de knieën zijn gebogen, zodat de voeten naast de billen liggen (1e ligging van het plaatje)
- Volkomen stuitligging: de bovenbenen zijn langs het lichaam gestrekt, maar de knieën zijn gebogen, zodat de voeten naast de billen liggen(1e ligging van het plaatje)
- Onvolkomen stuitligging: de benen liggen helemaal omhoog naast het lichaam (2e ligging van het plaatje)
- Half onvolkomen stuitligging: één been ligt gestrekt naar boven zoals bij een onvolkomen stuitligging, het andere been ligt naar beneden, zoals bij een volkomen stuitligging (3e ligging van het plaatje)
- Voetligging: het kind ligt met een of beide benen gestrekt naar beneden, zodat een of twee voetjes onder de billen liggen
De oorzaak van een stuitligging is niet altijd bekend. Het kan bijvoorbeeld zijn dat het kind heel weinig ruimte heeft om te draaien – wanneer moeder heel strakke buikspieren heeft. Het omgekeerde kan ook het geval zijn: veel ruimte door heel slappe buikspieren, waardoor de baby nog zo veel bewegingsvrijheid heeft dat hij niet in één houding blijft liggen.
Als aanstaande ouders heb je verschillende keuzes na het constateren van een stuitligging aan het einde van de zwangerschap, namelijk uitwendige versie, vaginaal bevallen of keizersnede. Aangezien er meer risico’s bestaan bij een stuitbevalling mag je niet thuis bevallen. Verderop wordt meer uitleg gegeven over de uitwendig versie, vaginale stuitbevalling en keizersnede.
Uitwendige versie
Dit is het draaien van het kind met de handen aan de buitenkant van de buik van stuitligging naar hoofdligging. Alvorens dit gebeurd, moet er eerst een gesprek plaatsvinden zodat je een weloverwogen beslissing kunt maken. Dit gesprek vindt plaats bij één van je verloskundige, nadat er met de liggingsecho een stuitligging is geconstateerd.
De kans dat een uitwendige versie bij een eerste kind lukt is 40 á 50%. Ben je al eens eerder bevallen, dan is de kans iets groter.
Wat gebeurd er tijdens een versie?
Klik het voorlichtingsfilmpje aan voor meer informatie.
Wat gebeurd er tijdens een versie?
Vaginale stuitbevalling/keizersnede
Mocht je geen uitwendige versie wensen of is de versie niet gelukt dan heb je de keuze uit een vaginale stuitbevalling of een keizersnede. Gaat de voorkeur uit naar een vaginale stuitbevalling, dan wordt er eerst bekeken of er geen contra-indicaties zijn. Ook zal er bij een stuitbevalling sneller ingegrepen worden als de bevalling niet vlot verloopt of als het kind groot of juist wat te klein lijkt.
Meer informatie over een keizersnede
Meer informatie over een vaginale stuitbevalling
(Algemene informatie over een stuitligging. De informatie over het uitvoeren van een versie kan afwijken van het te voeren beleid hier in de regio)